Vorige zondag had ik
op een fototentoonstelling een heel speciale ontmoeting met een bijzonder
iemand. Mama fotografe zat daar in een hoekje met haar baby meisje in de wieg. Ze
was alles aan het voorbereiden om de baby haar afgekolfde mamamelk uit een
flesje te geven. En het baby meisje reageerde daar overduidelijk erg opgewonden
van de honger op.
Ik stond even van deze scène te genieten…In de impuls van het moment begon ik
een babbeltje met de baby. “Hé wat ben je mooi, en jij zit nog half in die
prachtige wereld waar jij vandaan komt, is het niet? De fonkelende sterren, de
essentie, recht uit de grote harmonie daar, ja ja, daar kom jij vandaan en daar
ben je nog een beetje hé…??? ” Ondertussen beiden in zo’n intens starend oogcontact
verwikkeld, zoals alleen baby’s die beginnen rond te kijken dat met jou kunnen doen.
Zij staren helemaal door je heen tot je enkel nog de essentie over houdt. En
wij waren met ons tweeën die essentie helemaal aan het beleven.
Waar was die honger op dat moment? Waar was die
opgewondenheid? Het ongeduld voor dat lekkers? Weg was dat alles; er bleef
alleen die diep harmonieuze essentie, alsof het baby meisje me wou zeggen “ik
neem je mee naar die prachtige bron van het alles.”
Maar mama was klaar met haar voorbereiding, het was etenstijd.
Ik draaide me weg van de baby, om met de volwassenen te babbelen
over de plaatselijke koetjes en kalfjes. Onmiddellijk hoorde ik het baby meisje
achter me katoen geven, bleiten van me kan niet meer. En een wat zenuwachtige
mama die zich wellicht hopeloos afvroeg “en daarnet had je nog zoveel honger
blijkbaar”….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten